Te registreren kenmerken door Sw-bedrijven / gemeenten ten behoeve van Wsw-statistiek 2024

Inleiding

Het Ministerie van Sociale zaken en Werkgelegenheid heeft vastgesteld welke kenmerken deel uit maken van de Wsw-statistiek. Deze kenmerken zijn uitgebreid toegelicht in de wijziging Regeling sociale werkvoorziening en begeleid werken 2008 in verband met wijziging ten gevolge van de inwerkingtreding van de Participatiewet per 1-1-2015. De WGR-verbanden en gemeenten zijn hierover ingelicht. In deze regeling staat ook beschreven op welke wijze de kenmerken geregistreerd dienen te worden en op welke manier records opgebouwd zijn. Ter aanvulling op de regeling heeft Panteia een handzaam overzicht opgesteld van de te registreren kenmerken. Dit overzicht bestaat uit twee delen. Onderstaand wordt de uitvraag vanaf 1-7-2021 gepresenteerd.

Welke kenmerken zijn van toepassing

Deel 1 laat zien welke kenmerken geregistreerd dienen te worden per doelgroep te weten:

  1. personen die in het betreffende halfjaar een dienstbetrekking bezitten (of bezeten hebben igv uitstroom) van vóór 1-1-1998 (zgn. oude doelgroep);
  2. personen die in het betreffende halfjaar een dienstbetrekking bezitten (of bezeten hebben igv uitstroom) vanaf 1-1-1998 (nWsw);
  3. personen die in het betreffende halfjaar een arbeidsovereenkomst begeleid werken bezitten (of bezeten hebben igv uitstroom);
  4. Iedereen die in het betreffende halfjaar gebruikt maakt van de RVU.

Tesamen vormen de personen met een dienstbetrekking of een arbeidsovereenkomst begeleid werken het Wsw-werknemersbestand.
Er bestaat vanaf 1-1-2015 geen wachtlijst Wsw meer.

Als algemene vuistregel geldt dat de administratieve en persoonsgegevens bij iedereen van toepassing zijn, en dat informatie uit een vorig stadium steeds van toepassing blijft.
Wanneer iemand bijvoorbeeld tot het werknemersbestand behoort, dienen de gegevens over de indicatiestelling ook te worden geregistreerd en aangeleverd. Voor personen met een dienstbetrekking van vóór 1-1-1998 geldt overigens dat de gegevens over de indicatie alleen van toepassing zijn bij een herindicatiebesluit op eigen verzoek voor onderzijde of voor begeleid werken. Gegevens over de initiële indicatie (wel of niet behorend tot de personenkring) hoeven bij deze oude doelgroep niet aangeleverd te worden.
Let op: ook wanneer een herindicatiebesluit afwijzend is (onder- of bovenzijde), dienen de relevante gegevens, zoals handicapcodes te worden aangeleverd.

Nadere specificatie van de kenmerken

Deel 2 geeft een korte toelichting bij elk van de kenmerken als ook de te hanteren veldnamen bij aanlevering van deze gegevens voor de statistiek. Ook het aantal posities en de te hanteren coderingen staan hierin vermeld.

Documenten



Laatste update pagina: augustus 2024